No cure no pay werkt niet bij recruitment’

Werving en selectie op basis van ‘no cure no pay’ houdt de markt negatief in haar greep. De werkwijze waarbij de recruiter een percentage van het jaarsalaris van een geplaatste kandidaat ontvangt, leidt tot slechte dienstverlening.

Dat zegt David Toering van recruitmentplatform Talentplatvorm.
Steeds meer bedrijven klagen over de hoge kosten van werving- en selectiebureaus. De bemiddelingskosten bedragen wel 20 tot 25 procent van het jaarsalaris. Bovendien geldt vaak een no cure no pay-afspraak maar volgens David Toering is dat vooral een verkoopargument: ‘Het lijkt mooi, een opdrachtgever betaalt alleen als zijn probleem wordt opgelost.

Met het commerciële belang in het achterhoofd en onder het motto ‘niet geschoten is altijd mis’ zou ook de minst slechte kandidaat kunnen worden voorgesteld. ‘Voor je het weet worden kandidaten beschouwd als handelswaar. Je gaat niet adviseren, maar een kandidaat verkopen. Daar is niemand mee gediend. Bovendien werkt het zogenoemde snelle ‘cv-schieten’ onethisch gedrag in de hand. Bijvoorbeeld een kandidaat voorstellen zonder dat hij of zij dat feitelijk heeft toegestaan. Het gevonden talent wordt, vanwege de vrijblijvendheid van ‘No Cure, No Pay’, bij meerdere opdrachtgevers geïntroduceerd om de plaatsingskans te vergroten. Kortom er is minder binding met de opdrachtgever wat vaak leidt tot een vrijblijvende ‘meezoekactie’ wat de kwaliteit van dienstverlening niet ten goede komt.

Talentplatvorm verbaast zich over het harde, commerciële beleid dat de werving- en selectiewereld in haar greep houdt. ‘Goed recruitment vereist inzicht in een bedrijfscultuur en in de mentaliteit en de beweegredenen van kandidaten. Maar werving- en selectieconsultants worden intern tegenwoordig vaker afgerekend op commerciële vaardigheden. Niet op aspecten als kennis en kwaliteit en de toegevoegde waarde die ze bieden aan opdrachtgever én kandidaat.’

Alternatief

Maar er is ook een alternatief: recruiters zouden zich op basis van een vooraf vastgesteld bedrag (fixedfee) moeten laten belonen. De opdrachtgever betaalt vooraf de vastgestelde prijs en krijgt een gedetailleerd overzicht van alle activiteiten die hiervoor worden verricht. Nog beter zou zijn dat een recruiter een 100% matchgarantie durft te bieden voor het plaatsen van de perfecte kandidaat. Dat is transparant, goedkoper en de kans dat een vacature succesvol wordt ingevuld is groter.  ‘Doordat wijzelf volgens het ‘fixedfee- principe’ werken, kunnen we volledige aandacht geven en maatwerk bieden en exclusief aan die ene klant het talent bieden dat echt binnen die organisatie past.

Toering werkte zelf voorheen 10 jaar bij een bureau waar hij mensen en bedrijven aan elkaar verbond. Als je werkt met een ‘fixedfee’, heb je geen prikkels meer die naar geforceerde oplossingen zoeken.

Klanten zijn jarenlang “no cure, no pay” gewend en dat valt nu weg. Maakt je dat als recruiter niet onaantrekkelijk in de markt? ‘Je moet vooraf aandacht besteden aan de juiste verwachting bij klanten. En als het in een uitzonderingsgeval niet lukt om een match te maken, dan is het zaak dat goed te beargumenteren en uit te leggen.’

Crisis

De hoogconjunctuur van vóór de kredietcrisis zou veel bureaus in slaap hebben gesust door de snelle manier van scoren en verdienen. Optimistische recruiters stellen dat ze nu, in crisistijd, even moeten overleven maar dat bij een aantrekkende economie direct weer personeelsschaarste zal ontstaan. Dus wachten ze rustig op betere tijden. ‘Een fundamentele denkfout’, zegt Toering. Bedrijven gaan uit kostenoverwegingen vaker over tot zelf werven met de mogelijkheden die internet biedt. Tevens komen er generaties op de arbeidsmarkt die steeds beter in staat zijn om zelf via internet de baan te vinden. Recruiters die hun businessmodel niet aanpassen, krijgen in de toekomst het deksel op de neus.’